
Na twee nachten Munnar was het tijd om door te gaan richting Thekkady. Maar niet zonder onderweg nog een bezoek te brengen aan een theefabriek. Het blijft verbazingwekkend hoe snel de kwaliteit van de wegen hier in Kerala van het ene op het andere moment kan veranderen. Lijo sloeg van de -schijnbaar onlangs gerenoveerde- snelweg af een zijweg in op weg naar de theefabriek. In eerste instantie was de weg goed begaanbaar, maar al snel was het een puinpad met gaten en bochten van 320 graden. En dat ging zo wel een kilometer door. Ik vroeg me af hoe de vrachtwagens in 's hemelsnaam bij die fabriek konden komen om de kant en klare thee op te halen om te distribueren.
Maar na veel gehobbel bereikten we de theefabriek. De geur van verse thee kwam ons al tegemoet toen we de auto uitstapten en werd beslist overweldigend toen we de fabriek in liepen. Als eerste kwamen we een uitleg tegen waarom je thee zwart moet drinken en niet met melk, met daarnaast een bord dat je geen foto's mocht maken in de fabriek. Vervolgens gingen we een droogruimte in, waar de thee op grote tafels gedroogd wordt, en kregen wat uitleg. Gevolgd door de opmerking dat we nu een foto mochten maken. Indiase logica.


Nadat we langs alle stappen van de theeproductie waren gelopen, van rollen tot het scheiden van het blad en de vezel en het verpakken, mochten we de verschillende soorten thee proeven. Witte thee, groene thee, orange peccoe, zwarte thee en het theepoeder. (Dat laatste is vooral voor de binnenlandse markt en gaat in theezakjes, de rest is voor de export). En, zoals onvermijdelijk, kon er thee gekocht worden. Dat is iets wat we altijd moeilijk kunnen weerstaan, dus we hebben voor direct gebruik toch maar een pakje witte thee en een pakje orange peccoe gekocht.
Toen we vertrokken, ontdekten we dat er nog een andere weg vanaf de fabriek naar de snelweg liep, Korter, rechter en iets minder slecht dan de heenweg. In ieder geval beter te berijden door vrachtwagens. De oprit van de snelweg had geen invoegstrook of niks, Sterker nog: naast de bocht lag een zebrapad over de snelweg heen. Kan allemaal hier. En de rit ging door. We deden weer verschillende uitkijkpunten aan, maakten foto's van vergezichten en genoten van de rit. Lijo probeerde mee te denken met wat wij interessant vinden, en stopte een paar keer bij mooie bloemen, een tempeltje of een beeld.
Gaandeweg veranderde het landschap. Van de uitgestrekte theeplantages werd het landschap, hoewel nog steeds bergachtig, langzaamaan dichter begroeid met bomen. En onder die bomen stond het vol met kardamom. Dit gedeelte van de Western Ghats wordt ook wel de "Cardamom Hills" genoemd. Kardamom groeit minder hoog op de bergen, en in tegenstelling tot thee, staat het graag een beetje beschut onder de bomen. Al was het uitzicht dan wat minder weids, het bleef schitterend. Bij het uitstappen om een foto te maken, kon je een lichte kardamomgeur ruiken.




Dat Kerala de specerijentuin van India is, wisten de handelaren van de VOC natuurlijk al. En voor hen de Portugezen, en daarvoor de Romeinen en daarvoor zelf al de Phoeniciërs. De hoeveelheden specerijen die in de winkels liggen en de heerlijke geuren die je op straat al tegemoet waaien zijn ronduit jaloersmakend. Wij worden er zo hebberig van! Maarja, moet je dit nu al kopen als we nog 4 maanden in India blijven en we zlef al die tijd niet zullen koken. Maar we genieten met volle teugen als we langs en door de winkels lopen.
Zakken vol peperkorrels, nootmuskaat, kaneel, kardamom, steranijs, gember, kurkuma, gedroogde chilipepertjes, en nog meer wat ik niet eens kan benoemen.

De weg naar ons hotel was weer zo'n puinpad, wat ook nog eens steil omhoog ging. Ik was maar wat blij dat we een chauffeur hebben. Dit soort wegen is echt niks voor mij. Het hotel daarentegen, daar kan ik wel aan wennen. De omringende natuur lijkt wel een jungle. En Simon vroeg zich af waar al die herrie vandaan kwam. Het zijn de cicades die een lawaai van jewelste maken. In de hoteltuin hebben we een terras waar tussen half 5 en half 6 gratis thee wordt geschonken, en een klein stukje verderop een zwembad waarin je heerlijk kunt afkoelen. En we hebben al kennis gemaakt met een andere bewoner van de tuin: de Indiase tuinhagedis, oftewel Calotes Versicolor.

Reactie plaatsen
Reacties
Wat mooi dat ik met jullie mee kan kijken, zonder gereis en gedoe!
Ik geniet er van. Groetjes, Toos.