Een beetje geschiedenis

Een van de eerste dingen die ons opviel de afgelopen weken was toch wel hoe weinig mensen wisten waar we heen zouden gaan wanneer we vertelden dat we naar Kochi in Kerala zouden gaan. Laten we eerlijk zijn, het meeste wat we nu over Kerala en Kochi weten hebben we ook pas recent geleerd.
India is een semi-federale Democratische Republiek. Kerela is een van de 28 staten en ligt in het zuid-westen van India. De hoofdstad is Thiruvananthapuram (Trivandrum). Kerala is met een oppervlakte van 38.863 km² iets kleiner dan Nederland, maar wel met een geschatte bevolkingsomvang van ruim 34 miljoen mensen. Wie zegt dat Nederland vol is moet hier maar eens komen kijken.
De de officiële taal Malayalam, een Dravidische taal waar ik moeilijk wat van kan maken. Jaklien heeft wel de ambitie enig Malayalam te leren, maar voor mij lijkt dat bij voorbaat kansloos.

De Nederlanders hebben ruim een eeuw over Cochin geheerst. De Nederlanders hielden Fort Kochi tot 1795 waarna de controle overging naar het Britse Rijk. Rond 1806 waren de muren en bastions van het fort grotendeels vernietigd.
De geschiedenis van Kerala gaat ver terug. Er zijn aanwijzingen dat er vanuit de Malabarkust of Peperkust al vanaf 2000 v.C. handel gedreven werd met Sumeriërs, Assyriërs, Babyloniërs, Phoeniciers, Egyptenaren, Arabieren, Grieken, Romeinen en Chinezen. Kruiden en specerijen zoals peper, kardamom, gember, kurkuma, kruidnagel, nootmuskaat en kaneel werden vanuit Kerala naar de verschillende culturen in de oude wereld verscheept. Het meest waardevol was zwarte peper. Klassieke bronnen uit het Romeinse Rijk geven aan dat peper vanuit het oosten werd geïmporteerd en dat er betaald werd in goud en zilver.
Voor veel mensen begint de bekende geschiedenis bij de ontdekking van India in 1498 door de Portugese ontdekkingsreiziger Vasco da Gama. Vasco da Gama kwam op zijn eerste reis aan land bij het huidige Kohzikode (Calicut).
Het land aan de peperkust was in die tijd onderverdeeld in vijf koninkrijken: Cannanore, Calicut, Cranganore, Cochin, Quilon en Travancore. De heersers van deze staatjes speelden een belangrijke rol in het toekennen van handelsrechten aan de Europese koloniale machten. De samorijn van Calicut ontving Vasco da Gama tijdens diens expeditie om Kaap de Goede Hoop in 1498. De Portugezen slaagden er niet in de samorijn te overtuigen hen het monopolie op de peperhandel te verlenen door de Arabische handelaren uit zijn gebied te verdrijven. Met behulp van de radja van Cochin, dwongen ze Calicut in 1505 met militaire middelen tot concessies.
Fort Kochi is een buurt in Kochi die zijn naam ontleent aan het fort Emmanuel dat de Portugezen daar vanaf 1503 bouwden. Vasco da Gama overleed in 1524 in Kochi tijdens zijn derde reis naar India. Hij werd er in eerste instantie ook begraven. Zijn lichaam werd in 1539 naar Portugal overgebracht.
Fort Kochi bleef tot 1663 in Portugese handen. Tijdens de belegering in 1662 en 1663 door de VOC was een groot deel van het oorspronkelijke fort vernietigd. Vanaf 1667 versterkte de VOC het fort met kenmerkende bastions en bouwde er de "Bastion Bungalow" waarin nu een museum gevestigd is.

Reactie plaatsen
Reacties