Dit weekend hadden we weer een lekker lang weekend voor de boeg. Na een rare week, waarin er twee dagen geen lessen waren in verband met de hevige regelval, en al het nieuws en alle gedachten in het kader van de modderstromen in Wayanad stonden, besloten we er nog één keer voor een paar dagen tussenuit te gaan. Simon voelt zich gelukkig nog steeds iedere dag een beetje beter, en de lijst met dingen die we eigenlijk nog zouden willen doen, wordt niet korter. Een van de uitjes die nog altijd op onze lijst stond, was een bezoek aan Trivandrum Een herhaling van de vorige keer, maar dan een dagje langer, èn een dag dat niet alles gesloten is.


Zo gezegd, zo gedaan. Ik heb treinkaartjes heen en terug naar Trivandrum geboekt. Heen lekker luxe in de VandeBharat. Daar zou Simon goed in kunnen zitten en de reis is dan maar drie uur. Terug lukte dat niet, maar zouden we wel in een eersteklas coupé kunnen reizen. Met de mogelijkheid even te gaan liggen. De trein vertrok zaterdag tegen 12 uur. Onderweg kregen we een lunch, en om drie uur waren we in Thiruvananthapuram, ruim 200 kilometer verderop. We hadden geen zin om moeilijk te doen, en besloten naar hetzelfde hotel te gaan waar we de vorige keer ook geweest waren. Het viel een beetje tegen dat ze daar de hal aan het verbouwen waren, maar de kamer was okee, het zwembad heerlijk en het ontbijt goed en uitgebreid.
We brachten onze spullen naar de kamer, en besloten dat het nu het perfecte moment was om de Sree Padmanabhaswamy tempel te bezoeken, de beroemdste tempel van Trivandrum en, als je de Malayali mag geloven, de rijkste tempel ter wereld. De vorige keer hebben we hem eigenlijk nauwelijks een gezien. Simon had zijn dhoti meegebracht, en ter plaatse bleek dat ik ook een witte saree zou moeten dragen. Maar toen we eenmaal in de rij stonden bij het loket om de benodigde kleding te kopen, werden we eruit gepikt: No foreigners allowed. Kennelijk een vrij nieuwe praktijk, die zelfs niet bekend was bij andere bezoekers.
Tijdens onze wandeling rondom de tempel -dat mochten we gelukkig wel- viel ons op dat het complex ook wel erg streng bewaakt wordt, door politie en leger. Foto's maken mocht ook alleen op een afstandje, en niet met de camera, maar alleen met de telefoon. Halverwege onze rondwandeling kwamen we een groep jongedames tegen, mooi opgemaakt en in schitterend kleurige kleding. Zij zouden gaan optreden in de tempel, voor hun uitverkoren god/godin. Toch weer een mooi fotomomentje. Natuurlijk moest de groep in allerlei verschillende samenstellingen poseren voor de tempel. Maar de fotografen bleven netjes buiten het met palen afgezette tempelgebied.

Na de tempel hebben we nog een stukje door het naastgelegen stadsgebied gewandeld. We kwamen er een wassenbeeldenmuseum tegen. Dit was niet in de Madame Tussaud- franchise, maar opgezet door een autodidact die verschillende Indiase beroemdheden heeft nagemaakt. En goed ook. We stonden oog in oog metonder andere Gandhi, Nehru en Modi. Vervolgens hebben we de riksja terug naar het hotel genomen. Na nog even een beetje afkoelen in onze kamer, hebben we gegeten in het rooftoprestaurant. Lekker, makkelijk, en met een glaasje Indiase wijn erbij.

Museumbezoek


Bij ons vorige bezoek hadden we al ontdekt dat Trivandrum heel wat verschillende musea herbergt. We hebben toen ook moeten constateren, dat deze musea op maandag gesloten zijn. Gelukkig hadden we de hele zondag ingeruimd voor museumbezoek. De meeste musea in de stad, zijn gehuisvet in schitterende koloniale gebouwen. Een paar musea zijn gegroepeerd rond een park, waarnaast ook de Trivandrum dierentuin ligt. Het Napier museum, een kunstmuseum met traditionele Indiase artefacten, stond al op ons lijstje, maar eerst hebben we het Natural History Museum bekeken. Oorspronkelijk was het één museum, maar in de jaren zestig van de vorige eeuw zijn ze uit elkaar gehaald.
De rondgang door het museum begon bij de afdeling skeletten. Zeer imposant was de onderkaak van de Gewone Vinvis, de een na grootste walvis ter wereld. Het dier heeft nu een beschermde status, nadat de walvisjacht hem bijna heeft laten verdwijnen. Tienduizenden walvissen zijn in de loop der tijd door de mensen gedood. (Ik kom er nu net achter dat IJsland, Noorwegen en Japan gewoon weer op dit dier zijn gaan jagen, na een moratorium van enkele jaren. Verder waren de skeletten van de olifant en diverse andere Indiase landdieren te zien. De volgende zaal bevatte een enorme hoeveelheid opgezette vogels uit het Indiase subcontinent. In een derde zaal stonden wilde dieren uit alle werelddelen in zeer realistische poses. De opstelling was echt heel mooi gedaan. Maar toch voelt het een beetje ongemakkelijk, om te staan kijken naar dode dieren.
Na een wandelingetje door het omringende park, zijn we het Napier museum ingegaan. Dit kunsthistorisch museum bestaat al sinds 1855 en was toen het eerste museum in zijn soort in India, opgericht door de toenmalige Maharadja van Travancore. Het huidige gebouw stamt uit 1872 omdat het museum uit zijn jasje groeide. Van de buitenkant al een schitterend bouwwerk, aan de binnenkant minstens zo mooi. Bij binnenkomst kun je het hele gebouw doorzien, tot aan het plafond. Feitelijk is het een grote zaal, waar voornamelijk Hindoe-kunst te zien is. In een deel van het museum is plaats gemaakt voor de Indonesische verzameling van de maharadja van Travancore, met diverse beelden en wajang-poppen die hij heeft meegenomen na een bezoek aan Java.
Hierna zaten we die dag wel aan onze museum-tax. Het liep inmiddels tegen twee uur, tijd om wat te eten. We wandelden een stukje langs de weg en kwamen het Mascot Hotel tegen. Het restaurant met airco was net wat we nodig hadden, want het was goed warm in Trivandrum die dag -ruim 30 graden. Tijdens de maaltijd kwam de assistent-manager naar ons toe, met de vraag in welk hotel wij verbleven. Ze heeft vervolgens veel tijd in ons gestoken, met een rondleiding door het hotel en we konden een kamer bekijken. Een deel van het hotel was al van voor de oorlog, De kamers in dat deel werden nu verbouwd, zodat ze straks weer de luxe suites konden worden, zoals ze oorspronkelijk gebouwd waren.
Net als Bolgatty Palace, is het Mascot Hotel eigendom van de Kerala Tourism Development Corporation, een instelling die valt onder de minister van toerisme. Ze hebben een hele keten aan hotels, motels en restaurants door de hele staat. Volgende keer in Trivandrum, moesten we toch echt bij hun verblijven! We kregen een visitekaartje mee. Als we zouden bellen, kregen we een speciale prijs. Ja, ja.
Na nog een stukje wandelen door de omgeving, waarbij we langs het legislative building -het gebouw van de wetgevende macht, zoiets als het kabinet- zijn gekomen, gingen we terug naar het hotel.


Dagje naar het strand

Een stukje verder op de rit naar Varkala lag een oud Brits fort, Anjuthengu Fort. Het was het eerste fort dat in India is gebouwd door de Britse East India Company, om tegenwicht te vormen tegen de Nederlanders. Tevens was in dit fort jaren later de opstand van de Malayali tegen de Britten begonnen. De muren zijn een meter dik. Het fort kijkt uit over de Arabische zee, en is eigenlijk niet meer dan groot vierkant bouwwerk. Het werd voornamelijk gebruikt voor het opslaan van wapens en munitie, en ik vermoed dat er ooit houten gebouwen in hebben gestaan. Daar is nu niks meer vam terug te vinden. Wat wel bewaard is gebleven, is het oudste Engelse graf in India, dat ook op het terrein van het fort ligt.
Varkala beach is inderdaad een schitterend strand. Een kleine, niet diepe inham in de kustlijn, omhelst door kliffen. Simon had het idee om misschien in zee te gaan zwemmen, maar het strand was afgezet door de kustwacht. Er liepen mannetjes rond die mensen die te dicht bij de waterlijn kwamen, terugfloten. De zee was ook wel aardig ruw. Grote golven braken op het strand. Sommigen wel twee meter hoog. Het zag eruit als goed water om te (kite)surfen. Lansg de weg en langs het strand stonden vele winkeltjes die langslopende toeristen naar binnen probeerden te lokken om (voornamelijk) kleding te kopen. Maar het was nu nog erg rustig. Het nieuwe toeristenseizoen begint pas echt volgende maand, als de moesson officieel voorbij is.
In de tussentijd konden wij genieten van de zon, de zee en een heerlijk windje. Het restaurantje waar we wat gingen eten lag iets boven het strand, waardoor we een schitterend uitzicht hadden. Toen we na het eten via de achteruitgang weer weggingen, kwamen we na een korte wandeling boven op de klif uit. In plaats van terug te gaan en snel weer op het strand uit te komen, zijn we via de weg teruggelopen naar de strandopgang waar onze chauffeur op ons wachtte. In plaats van in de zee te zwemmen, hebben we maar een beetje in het zwembad van het hotel gepoedeld.
Maandag, de dag dat alle musea gesloten waren, zijn we naar Varkala beach gereden. Het starnd werd ons door verschillende mensen van harte aanbevolen als een schitterend strand met een leuk, toeristisch stadje. Dat laatste klopte in ieder geval: we hebben daar in één dag meer blanken gezien dan het afgelopen half jaar bij elkaar. Maar Varkala beach, hoewel het een onderdeel is van "Trivandrum" lag niet bepaald naast de deur. Het was zo'n 40 kilometer rijden. Met behulp van de baliemedewerker van ons hotel, hebben we een taxi gehuurd voor de hele dag.
Onderweg naar Varkala, wilden we nog wel een tweetal stops maken. Allereerst bij het Space Museum in Thumba. Het leek ons wel interessant om de Indiase kijk op de geschiedenis van de ruimtevaart te bekijken. Het museum bleek te liggen op het zwaarbeveiligde terrein van de ISRO (Indian Space Research Organisation). En was toegankelijk voor Indian nationals. Buitenlanders konden minimaal twee weken voor een gewenst bezoek speciale toestemming aanvragen. Euh..... Dat ging dus niet door. Dan maar naar de volgende stop.


Space-time
Op dinsdag, voor onze terugreis, hebben wenog een bezoek gebracht aan het Science and Technologymuseum. Dit museum was een combinatie van het oude Evoluon, het Omniversum in Den Haag en het Oyfo techniekmuseum in Hengelo. In de koepelvormige bioscoopzaal zagen we een Amerikaanse film over het ontstaan van het heelal en meteorieten, verteld door George Takei (mr. Sulu uit de originele Star Trek serie). Vervolgens in de 3D zaal kwam de pandadroom uit de Efteling voorbij, gevolgd door een wat overdreven piraten-achtbaan-animatie. Die hadden ze wat ons betreft wel achterwege mogen laten. In een grote zaal kon je allerlei leuke natuurkundige weetjes uitproberen in proefjes.


Er was een ruimte-tentoonstelling, waar van alles te leren was over de planeten en de zon, met interactieve installaties die je kon laten draaien of oplichten. In weer een andere zaal werd uitgebreid ingegaan op de fantastische geschiedenis van de Indiase ruimtevaart, met verschillende raketten op schaal nagebouwd. In een ander, ouder, koloniaal gebouw was nog een technologietentoonstelling waar elektriciteit de hoofdrol speelde. Helaas waren de proefjes waarvoor je stroom nodig had, niet aangesloten. Dit deel van de tentoonstelling kon duidelijk wel wat revisie gebruiken.
Rond het gebouw lag ook weer een parkje. Met een therapeutische tuin, een vlindertuin, een cactustuin en een speeltuin waar je ook weer allerhande natuurkundige proefjes kon doen. En met speeltoestellen die in Nederland al jaren verboden zijn. Het bracht ons echt terug naar onze jeugd.
Veel te snel was het tijd om onze koffer op te gaan halen bij het hotel, en op weg te gaan naar het station. Kortom: We moeten nóg een keer terug naar Trivandrum. Ooit.
Reactie plaatsen
Reacties
Wat is er toch veel te zien en is er tijd tekort.
Leuk die kleine vakanties in jullie reis. Nog even genieten.
Dit is toch een prachtig uitstapje als afsluiter van jullie vakantie!
Hele mooie dingen gezien en ook heel verschillend!
En Simon die redt het allemaal, wie doet je wat! Groetjes, Toos.